Augustus 1910. Robert studeert af als onderwijzer, zijn decaan heeft hem een betrekking bezorgd in het pittoreske dorpje Wouteringen. Reeds bij aankomst stoot Robert op een doodse stilte en stuitert op een verzwegen verleden, wat huiveringwekkend tot uiting komt op 1 september 1910 als Robert voor het eerst voor de klas staat. De aanvang van een ijzingwekkende achtbaan vol schimmige realiteit, zelftwijfel en alom aanwezig wantrouwen, die uitmondt in een stormachtige drang en verbijsterende queeste naar de waarheid, de werkelijkheid en zichzelf. Deze overrompelende roman beslaat alle emoties aanwezig in een mens en de natuur, verbaast, ontroert, bijt zich vast in je ziel en zindert na.